Rechts

2 November 2008



Dan heb je rechts. Rechts die je zou moeten definiëren met liefhebbers van het grootkapitaal, van grote snelle auto's op heel veel asfalt, van handjeklap met politici om hun gouden droompjes bewerkstelligd te zien. Liefhebbers van geld, kortom.

Hoe valt dit te rijmen met de Amsterdamse homo die steeds meer op de VVD is gaan stemmen? Met de Arbeider, die zijn heil zoekt bij (extreem) rechts? Als je rechts afzet tegen links, zie je dat ze inderdaad tegenpolen zijn, in de zin dat links verandering wil, en rechts niet. Rechts staat voor conservatief. Niet zoals gelovigen uit diep Noord-Amerika, maar zoals het woord het zegt. Waar links het kapitaal steeds opnieuw wil herverdelen, zal rechts rechtop voor zijn kapitaal gaan staan, en dat te vuur en te zwaard verdedigen.

Dat kapitaal hoeft niet uit geld te bestaan, zoals het voorbeeld van de homo's aangeeft. Het kapitaal van de homo's dat zijn hun verworvenheden. Dat ze, moeizaam en horterig als het ging, op het laatst toch mooi door de goegemeente erkend werden als gewone individuën. Dat ze, tenminste in Amsterdam, hand in hand mochten lopen zonder gemolesteerd te worden. Die verworvenheden lopen gevaar nu hordes slecht opgevoede pubers de openbare ruimte opeisen en de klok 50 jaar terugdraaien: het potenrammen beleeft gouden tijden. De Amsterdamse homo, die niet terug kan meppen, probeert zich hopeloos te verdedigen door op de liberalen te stemmen. De liberalen, die geen minuut van hun kostbare tijd aan het denken over de problematiek van de homo zullen wijden, doch wel wat electoraal gewin kunnen gebruiken. De liberalen, zelf verwoed bezig met hun eigen kapitaaltje te verdedigen.

Wat de arbeider betreft is zijn kapitaal wel geldelijk. De arbeider ziet zijn opgebouwde pecuniaire rechten in rook opgaan, ten bate van de Nieuwe Medelander. Bovendien moest ook hij verworvenheden opgeven, die te maken hadden met zijn leefstijl. Hij moest wennen aan steeds luidruchtiger buren, met wie je niet kon praten omdat ze snel vlam vatten. De spreekwoordelijke kalmte van de Nederlander kreeg knauwen. Ook in die zin heeft de arbeider iets om naar terug te verlangen, iets dat niets met geld te maken heeft: zijn lekker leventje in zijn vertrouwde arbeidersbuurtje.

De tegenstelling links-rechts is er dus geen van ideologie. Links is niet links omdat het zoveel geeft om de mensjes, en rechts is niet rechts omdat het alleen maar van zijn centjes houdt. Wij kunnen ze voortaan maar beter: "de conservatieven en de revolutionairen" noemen. Als we maar in onze achterhoofd houden wie de revolutionairen zullen omverwerpen en wat de conservatieven willen conserveren. En vooral dat er ook daarin zomaar een revolutie kan komen.

Naar column Links.

- Aanraders -