Afterparty

24 September 2012



Arturo Vega en blogger Oud Zeikwijf
 
 
img: Paul Schaaps
 
Op facebook werd uitgebreid getamtamt voor de expo van Arturo Vega in Bacardi op de Oudezijds Voorburgwal. Ik had nooit van Arturo Vega gehoord, maar naar de genodigdenlijst te oordelen, was dat duidelijk een misser van mij. Tout underground Amsterdam zou er zijn. Althans: tout underground Amsterdam van de jaren '80, of wat ervan over is.
 
Arturo Vega bleek de vaste hoezenontwerper van de Ramones te zijn, een rockband uit mijn jeugd. Ik heb nooit een plaat van ze bezeten, maar die tekenstijl wist ik me wel helder voor de geest te halen: menig coole gast uit mijn jeugd droeg een zwart t-shirt met, wat nu blijkt, de ontwerpen van Arturo Vega erop.
 
Dus wou ik naar de opening toe. Helaas was er tegelijkertijd een special voor wijlen mijn vriendin Fifi l'Amour, dus besloot ik enkel naar de afterparty van die opening te gaan. In Ludwig, Reguliersdwarsstraat. In geen 25 jaar was ik in de Reguliersdwars geweest. Destijds had je er de Richter, van Jan Lenferink. Verder was het omo's wat de klok sloeg, dus niet dé straat waar ik bij voorbaat te vinden was, 's avonds. Maar nu: verhipt, verleukt, verjongt, verbuitenlandst.
 
Als ik Ludwig binnen stap is de afterparty al over, zie ik meteen. Arturo en zijn groupies zitten bij elkaar op het pluche, schrijver Martijn Haas hangt aan de bar, maar de rest – jongelui in onberispelijke kledij – hoort er niet bij. Dichter Paul Schaaps introduceert mij aan Arturo. Hij zegt uit New York te zijn. Ik had gezworen L.A.
'Ik ben Mexicaan' zegt hij dan. 'Uit Chihuahua'.
Uit Chihuahua. Werkelijk. Ik barst in lachen uit. Maar hij maakt geen grapje. Chihuahua bestaat. Ter bewijs heeft hij een tweede Chihuahuaan meegenomen. Die staat er toch echt bij. Arturo is een week in Amsterdam. Hij heeft veel op de bonnefooi gewandeld. Hij houdt ervan om te dwalen: zo komt hij 'echte' mensen tegen.
 
Houten lambrisering, zwarte lak, opgefokte kunst aan de muur, een overmaat aan verschillende flessen naast elkaar opgesteld op tafelhoogte, zoals wel vaker het geval is tegenwoordig. Achter de bar staat de poepiejonge DJ (zwarte pak aan, witte hemd, stropdas) te headbangen. Zijn lange blonde lokken vliegen in het rond. Hij heeft een knap gezicht dat constant op glimlachen staat, wat contrasteert met de loeiharde punkmuziek die hij draait – iets dat waarschijnlijk alleen ik opmerk, omdat ik punkert was in de ouwe tijd, wanneer punkers niet vrolijk mochten zijn (je zou even vergeten dat er kruisraketten bestonden alsmede malafide wereldheersers en dat het hele zooitje toch naar de gallemiezen ging). Ik begin te dansen, op die punkmuziek. Spoedig volgen meisjes en jongens en staat het gangpad binnen de kortste keren vol met swingend volk. Wat mij opvalt, wederom als oude punkert, is de gemoedelijkheid. In de ouwe tijd was dansen op punkmuziek iets ruws: áls we dat deden (meestal hingen we liever lamlendig met een fles bier in de hand) dan pogoden wij en botsten wij tegen elkaar. Nu is het lief. Een golf van mededogen overspoelt mij: wat is deze nieuwe generatie leuk. Ze zien er (te) straight uit, maar wat zijn ze toch ontspannen, en wat weten ze toch lol te hebben. De muziekstijl verandert, maar iedereen blijft dansen, uren achtereen. Zelfs de tweede DJ, DJ Mulat (Ronald Linger op facebook) stapt af vanachter zijn draaitafel om met ons te heupwiegen. Als ik vroeg in de ochtend naar huis fiets realiseer ik me: we hadden geen afterparty maar een party. Een echte party. Met wildvreemden, gewoon in een café met DJ.
 
Op Rapenburg zie ik een tractor naast de gracht staan. Het is die van Will, een oude knar die op een kabouter lijkt en zich uitsluitend per trekker verplaatst. Hij is vast bij de Scharrebier. Ik fiets verder richting mijn stulpje: Amsterdam heeft zich weer eens van haar mooie kant laten zien vannacht.
Oscar van Gelderen van Lebowski Uitgevers
 
Arturo Vega 
 
DJ Mulat 
 
Op AT5.nl gepubliceerd.
 
Tags: Amsterdam

- Aanraders -